
Met jouw hulp zorgen we ervoor dat kinderen met een beperking óók naar school kunnen in hun eigen buurt
Een nieuwbouwhuis in een kinderparadijs met een school om de hoek: Rowena was klaar voor haar droomleven. Maar die droom veranderde in een nachtmerrie toen haar zoontje Levon bij de geboorte een zuurstoftekort opliep.
Rowena kneep haar man Nick even in zijn arm toen ze naar hun gloednieuwe huis in aanbouw liepen. Met een aangrenzend schoolplein en speelplekken op elke straathoek kon ze de vrolijke kindergeluiden al horen. Ze fantaseerde over de buurtvriendjes en –vriendinnetjes van haar zoontje die de deur bij ze plat zouden lopen. Een glimlach verscheen om haar lippen en ze legde haar hand even op haar al dikker wordende buik. Op dat moment wist ze nog niet dat het juist die kindergeluiden waren, die haar jaren later zouden doen instorten.
Met bijna 42 weken zwangerschap liet Levon nog steeds niet van zich horen, en de bevalling werd ingeleid. Maar toen ging alles mis wat er mis kon gaan. De navelstreng zat twee keer om Levon's nekje en verstikte hem. Hij kwam minutenlang klem te zitten met zijn schouder. Rowena voelde hoe de paniek in de ziekenhuiskamer toenam. Bij zijn geboorte ademde Levon niet en hij moest gereanimeerd worden. 1, 2, 3, blaas - hoorde Rowena in de kamer naast haar. Het waren de langste vijftien minuten van haar leven. Levon overleefde, maar wat de gevolgen van het zuurstoftekort op zijn hersenen waren, konden de artsen op dat moment nog niet zeggen.
De reanimatie van de pasgeboren Levon was het langste kwartier van Rowena's leven
De eerste jaren had Levon veel pijn. Aankleden was bijna onmogelijk: zijn armpjes en benen stonden stokstijf van de spierspanning. Hij kon niet goed slikken, kwijlde veel en eten lukte slecht. Ook leren praten was lastig. Maar verder was Levon een peuter zoals alle anderen: hij wilde alles 'selluf doen’. En dat leidde tot frustratie, bij hem én bij Rowena. Eén geluk: Levon had geen last van epileptische aanvallen, iets wat bij veel kinderen met Cerebrale Parese voorkomt. De grootste angst van Rowena.
Met hulp van intensieve fysiotherapie leerde Levon zijn balans te bewaren, rechtop te zitten, en uiteindelijk zelfs te 'bilschuiven’ en stapjes te zetten. Elke kleine ontwikkeling was een enorme stap vooruit in de vrijheid en zelfstandigheid van Levon. De eerste keer dat Rowena hem vrolijk met een rollatortje zag rondlopen liep haar hart over van geluk, maar tegelijkertijd brak het. Wat waren ze van ver gekomen. Maar tegelijkertijd: het had niet zo hoeven gaan. Levon was kerngezond tot het moment van de bevalling. De ‘wat als...’ vragen staken steeds vaker de kop op.
De eerste keer dat Rowena Levon met een rollator zag rondlopen, brak haar hart
Rowena stond die jaren in de overlevingsstand. De mentale klap van de traumatische bevalling negeerde ze: Levon had al haar tijd en aandacht nodig. Ze verloor haar baan en haar sociale leven. In de nieuwbouwwijk, waar ze had gehoopt vriendschappen te sluiten met andere jonge ouders, voelde ze zich eenzaam. Rowena's hele leven bestond uit ziekenhuis- en fysiobezoeken. Daarnaast bracht ze uren achter haar laptop door, zich een weg banend door de zorgbureaucratie.
Rowena verloor haar baan, én haar sociale leven. In de nieuwbouwwijk vol jonge gezinnen voelde ze zich eenzaam.
Maar er waren ook lichtpuntjes. Na tweeëneenhalf jaar bleek Rowena weer zwanger. Ongepland, zij en Nick hadden er nooit bewust weer voor durven kiezen. Maar dat de keuze voor hen gemaakt werd, zorgde ervoor dat ze er toch weer voor konden gaan. Levon had inmiddels zijn plekje gevonden op een opvang, en hij ging steeds verder vooruit. Toen Lorén met een geplande keizersnede gezond ter wereld kwam, lachte het leven Rowena eindelijk weer toe.
Ondertussen voerde Rowena nog een andere strijd: Levon naderde de schoolleeftijd. Voor haar was het heel belangrijk dat Levon op zou groeien tussen kinderen zonder beperking. Ze wilde nog steeds dat hij vriendjes zou hebben in de buurt. De buurtschool, die midden in hun nieuwbouwwijk stond, was de aangewezen plek voor hem. Levon ontwikkelde zich cognitief goed, dus hij zou mee kunnen komen. En voor de andere kinderen in de klas zou het ook van onschatbare waarde zijn: zij zouden leren dat een handicap niet ‘raar’ is.
Maar de buurtschool wilde Levon niet toelaten. Ze durfden het niet aan. Diep teleurgesteld ging Rowena op zoek naar alternatieven. Uiteindelijk kwam ze uit bij een reguliere school in Rotterdam, waar Levon wél welkom was. Een jaar lang bracht en haalde ze hem, maar de reistijd brak haar op. Rowena onderzocht nog een optie: een Samen naar School-klas, waarbij kinderen met een beperking in een speciale klas maar op een reguliere school les krijgen. Dat leek haar een perfecte oplossing voor Levon, én voor de buurtschool. Maar dit relatief nieuwe onderwijsconcept is nog niet overal in Nederland beschikbaar, en er komt veel kijken bij het starten van een Samen naar School-klas.
Een Samen naar School-klas zou een perfecte oplossing zijn voor Levon, maar dat concept is nog lang niet overal in Nederland beschikbaar
Nu zit Levon op het speciaal onderwijs. Dagelijks is hij uren onderweg, gebracht en gehaald door een persoonlijk begeleider. Hij vindt het er fantastisch. Maar vriendjes in de buurt? Die heeft hij nog steeds niet. Thuis is hij altijd alleen.
De drukke kindergeluiden die Rowena zo graag in haar huis had willen hebben, klinken vanaf het schoolplein. Rowena sluit de tuindeuren om ze niet te hoeven horen.
Ze is op. Moe van het vechten. Maar ze blijft doorgaan. Voor Levon. Voor zijn toekomst. En voor die ene droom die ze nog steeds niet heeft opgegeven: dat haar zoon er gewoon bij hoort. Net als alle andere kinderen.
In Nederland zijn er duizenden kinderen zoals Levon die niets liever willen dan ‘gewoon’ in de buurt naar school gaan. Maar meestal is dat niet mogelijk. Dat moet anders. En het kán anders. Stichting het Gehandicapte Kind zorgt voor Samen naar School-klassen. Een plek op de reguliere buurtschool waar kinderen met een handicap onderwijs en zorg op maat krijgen. Een plek waar elk kind telt. Er zijn nu zestig succesvolle Samen naar School-klassen in Nederland, maar er moeten er nog meer komen. Met jouw gift help je méér Samen naar School-klassen op te zetten.
Want er komt ontzettend veel kijken bij het starten van een Samen naar School-klas. Meestal nemen ouders of het schoolbestuur het initiatief. Stichting het Gehandicapte Kind begeleidt vervolgens het opzetten van een Samen naar School-klas met kennis, contacten en een financiële bijdrage. Jij kunt er voor zorgen dat er méér Samen naar School-klassen komen, zodat kinderen zoals Levon ook gewoon naar school in hun eigen buurt kunnen. Help je mee?
Met jouw hulp zorgen we ervoor dat kinderen met een beperking óók naar school kunnen in hun eigen buurt
Hoe groot de impact is van eenzaamheid op het leven van kinderen met een handicap ontdek je in hun aangrijpende verhalen.